Mannetje Ancistrocerus nigricornis
Foto's: Albert de Wilde
Op de foto's kan worden geklikt voor een groter formaat (800x600) en nadere toelichting. De foto's zijn genummerd en het nummer wordt zichtbaar door er met de cursor op te gaan staan.
De wesp van de foto's is gevangen op de Maasover nabij Arcen op 9 augustus 2013.
De determinatie is geschied met de tabel van de Duitse jeugdbond (DJN), Bestimmungsschlüssel für die Faltenwespen van Christian Schmid-Egger, 2003.
De tabel behandelt mannetjes en vrouwtjes apart. Mannetjes hebben 7 achterlijfsegmenten (foto 3) en 13 antennesegmenten. We kiezen voor mannetjes.
1. Het zijprofiel van sterniet 2 is na de basale ribben hoekig gebogen (foto 2 en 3): naar 2.
2a. Sterniet 2, lateraal: het lange deel na de basaalribben is bijna rechthoekig gebogen (foto 3);
2b. het verloop naar achteren van sterniet 2 (richting sterniet 3) is bijna vlak, met een licht concaaf verloop (inbochting) in het midden (foto 3);
2c. de binnenoogrand is aan de onderkant geel (foto 4);
2d. de antenne is aan de gehele onderkant roodbruin (foto 2 en 4);
2e. het scutellum is meestal geel gevlekt (foto 1).
Dat geeft als uitkomst: mannetje Ancistrocerus nigricornis (7,5-10,5 mm).
Gewoonlijk hebben de tergieten 1-6 en de sternieten 2-6 gele eindbandering (foto 2, 3).
De vorm van de dwarslijst op tergiet 1 en die van de ribben in de groeve van sterniet 2 worden in de tabel niet genoemd bij deze soort (mannen en vrouwen).
Terug naar boven
Naar Ancistrocerus-info-pagina
Naar wespenpagina